Hoe vind je zelf dat het gaat? Het is zo’n tenenkrommende zin die je geregeld hoort tijdens een wat al te obligaat functioneringsgesprek.
Japke-d. Bouma is de ongekroonde krommetenentaalkoningin van de kantoortuin. Haar nieuwe boek stelt weer de overambiteuze leidinggevende centraal die in negen van de tien gevallen bij gebrek aan gewicht naar boven is gelazerd en zijn incompetentie probeert te verhullen met imponerend bedoeld taalgebruik.
Aspirerend middenkader dat overal een plasje over moet doen, vaak in onnavolgbaar semi-Engels jargon blijkt een onuitputtelijke inspiratiebron voor Japke-d. Bouma. Mozes, dit is als deel nummer zoveel over taal in het bedrijfsleven en overheidsinstellingen en als je het leest, vraag je je af waar al die loonslaven die zich dag in dag uit naar kantoor slepen in vredesnaam mee bezig zijn.
Althans, vóór corona. Nu zijn ze tot hun schrik en verbijstering aan huis gekluisterd. Hoe gaat het nu verder met de kantoortaal? En wat gebeurt er in de groepsapp? Japke-d. legt het allemaal vast in Hoe vind je zelf dat het gaat? Deep dives, daily scrums en kampvuursessies, het is werkelijk niet te filmen wat werkend Nederland allemaal wordt aangedaan. Dat dit zomaar mag.
Het is dat Japke-d. het zo vreselijk smakelijk op weet te dissen. We lachen door onze lichte buikpijn met haar mee.