Helden en schurken – onthullend boek over de SAS
Afgelopen weken las ik een indrukwekkend boek over de slag om Arnhem, een doorwrocht en ontroerend boek over de joodse jongens die tegen Hitler vochten, maar het mooiste historische oorlogsboek dat ik de afgelopen jaren in handen had, is echt ‘SAS helden en schurken’.
‘SAS helden en schurken‘ leg je niet zomaar weg. Het gaat eigenlijk over de uitvinding van de commando. Soldaten die in het diepste geheim opereren achter vijandelijke linies. Een Britse uitvinding die inmiddels wereldwijd navolging heeft gekregen. Waar het tegenwoordig belangrijk is dat commando’s ‘gewone’ mannen zijn die niet te veel de aandacht trekken, was dat in de Tweede Wereldoorlog wel anders.
David Stirling, de bedenker en oprichter van de SAS was zelf een nogal excentrieke ‘anti-soldaat’ die weinig op had met zijn meerderen, waar het uitkwam bevelen negeerde en die zijn verbeeldingskracht aanwendde om een geheel nieuwe manier van oorlog voeren. Hij bedacht zijn revolutionaire concept toen hij na een ongeluk stikchagrijnig lag bij te komen van een ongeluk in een Egyptisch ziekenhuis.
Buiten was het 1941 en voltrok zich de ‘wipwapoorlog’ in Noord-Afrika. Geallieerde en Duitse troepen wonnen en verloren terrein, het front schoof heen en weer, een doorbraak was nog ver weg. Stirling kwam op het idee om met parachutes kleine gevechtseenheden te droppen achter de vijandige linies en daar ontregelende en verwoestende acties op touw te zetten. Kleefbommen op geparkeerde vliegtuigen, dat werk. Schepen naar de bodem jagen in havens. Oftewel: zonder waarschuwing strategische doelen aanvallen en daarna in het niets verdwijnen.
Hoe hij het voor elkaar kreeg, daarover lopen de meningen uiteen, maar Stirling kreeg zijn meerderen zo gek dat ze toestemming gaven om een kleine eenheid op te zetten. De Special Air Service. Na een mislukte carrière als bergbeklimmer, cowboy en schilder had Stirling eindelijk zijn roeping gevonden. Zijn gebrek aan kennis van zaken compenseerde hij ruimschoots met zijn enthousiasme. Zo liet hij zijn rekruten trainen voor de landing met de parachute door ze uit de laadbak van een 50 kilometer per uur rijdende vrachtwagen te laten springen.
De eerste acties van de SAS stierven in schoonheid – parachutespringen bleek toch wel een vak apart. Maar toen de soldaten de samenwerking vonden met de ‘woestijntaxi’ een eenheid die zich vlug en over grote afstand door de woestijn bewoog, wierpen de acties steeds meer vruchten af.
Historicus Ben Macintyre had volledige toegang tot alle rapporten, memo’s dagboeken, brieven van de SAS. Hij sprak SAS-ers van het eerste uur en sommige nabestaanden en componeerde al deze informatie tot een rijk en levendig boek waarin de SAS-ers meer tot leven komen dan in menig roman.
Hij beschrijft de levens en daden van veel excentrieke, maar ook getroebleerde types die buiten een oorlog maar moeilijk zouden functioneren, maar binnen de SAS helemaal op hun plek waren. Ongeschikt voor het leger, maar geboren om te vechten.
Sommige mannen op het moordlustige af. Mannen die meer op piraten leken dan op militairen. Mannen die onwaarschijnlijk hebben afgezien in de onbarmhartige woestijn. Opmerkelijke verhalen ook: bijvoorbeeld over een aanval op een vliegveld waarbij tijdbommen op vliegtuigen werden gezet. Normaal maakten de SAS-ers zich op hun tenen uit de voeten, zodat ze al ver weg zouden zijn als de vliegtuigen explodeerden. Dit keer zagen ze dat de officiersmess vol zat. Ze konden de verleiding niet weerstaan om hun magazijnen door de deuropening op de verbouwereerde Duitsers te legen.
De SAS groeide uit tot een legende en de schrik van de Duitsers. In de Afrikaanse tijd van de SAS overheerst in de beschrijving van Macintyre de luchtige kant. De SAS-ers waren niet snel van hun stuk, ze vochten fel, met onwaarschijnlijk veel bravoure en nonchalance soms. De verhalen waarin de SAS-ers zich gewoon met een grote bek achter de Duitse linies bluften zijn legio. Ze flikten het gewoon, vaak tot hun eigen verbazing, maar altijd zagen ze er de humor van in.
Ook op het Europese continent hebben de SAS-ers veel geheime acties uitgevoerd. Werd de oorlog in Afrika omschreven als een ‘oorlog tussen heren’, in Europa was het andere koek. De SS vormde een geduchte en wrede vijand. Ook aan de kant van de SAS werden de omgangsvormen richting de vijand aanmerkelijk minder netjes. Het boek eindigt met de ontdekking door een aantal SAS-ers van het concentratiekamp Bergen-Belsen.
Na de oorlog bleven de archieven van de SAS zeventig jaar gesloten. Ben Macintyre heeft die archieven ontsloten en een onwaarschijnlijk spannend en mooi boek geschreven over de bijzondere mannen die pionierden in de geheime oorlogsvoering en daarmee de basis legden voor het werk commandotroepen in allerlei landen in deze tijd.
Nieuwsgierig geworden? Bestel ‘Schurken en helden’ met een paar muisklikken (ook als e-book)
Meer lezen van deze auteur?