Fresia’s voor mevrouw Brak is een schitterende ode van schrijfster en journalist Jannetje Koelewijn aan haar ouders.
Eerder veroverde NRC-journaliste Koelewijn tienduizenden lezers met De hemel bestaat niet, een confronterend boek naar aanleiding van pittige gesprekken die ze met haar vader voerde. Een nogal uitgesproken man, de vader van Koelewijn, die zijn zoons sloeg en zijn dochters verbood om hun tanden te laten zien als ze lachten. Ontzettend gelovig ook. En intelligent. Na een loopbaan als directeur voor het christelijk onderwijs in Amsterdam voltooide hij doodleuk nog een studie rechten.
In Fresia’s voor mevrouw Brak ontmoeten we pa Koelewijn opnieuw. Zijn geheugen gaat wat achteruit, hij kampt met lichamelijk ongemak, maar met zijn scherpe verstand weet hij de wereld nog steeds aardig naar zijn hand te zetten. Dat hij met een zicht van slechts twintig procent nog doodleuk achter het stuur kruipt vindt hij zelf geen enkel punt.
Koelewijn volgde het wel en wee van haar ouders op de voet en schrijft het puntig op. In een moeite door geeft ze een beeld van een huwelijk in de jaren zestig en daarna. De avonturen van met name haar vader leiden tot hilarische scenes waaraan Koelewijn niet veel hoeft toe te voegen. Zo gaat ze met haar ouders naar een zekere Froukje, een deskundige die moet vaststellen hoe de vlag erbij hangt bij het hoogbejaarde koppel.
‘Mevrouw Brak, kunt u me vertellen hoeveel kinderen u heeft?’
‘Zes’, zei vader. ‘Dat weet je best Renske. We hebben zes kinderen.’
‘Meneer Koelewijn’, zei Froukje. ‘Ik wil het graag van uw vrouw horen. Ik wil kunnen beoordelen hoe het met haar geheugen is.’
‘Slecht,’zei vader. ‘Dat zei ik al.’
(…)
‘Meneer Koelewijn, ‘zei Froukje. ‘Mag ik u wat vragen?’
‘Natuurlijk.’ Hij zocht haar blik weer.
‘Ik begrijp dat u elke dag bij uw vrouw op bezoek komt.’
‘Dat is zo gegroeid, ja. Elke dag stap ik om elf uur in de auto en dan rijd ik naar haar toe.’
‘Met de áúto?’ Froukjes stem schoot omhoog.
‘Geen enkel probleem. Ik kan de route blind vinden.’
Nu keek Froukje naar mij en zei dat ze niet begreep hoe dat kon, iemand die nog maar zo weinig zag. ‘Jij moet je vader er toch van kunnen overtuigen hoe gevaarlijk dat is? ‘
‘Heb ik geprobeerd,’ zei ik.
‘Maar dat is niet gelukt,’ zei hij.
Zijn vrouw is ook nogal hulpbehoevend. Ooit ging deze dame die in de jaren 60 en 70 Simone de Beauvoir las en Marilyn French en Erika Jong, weg bij haar man. Haar man floreerde binnen de gereformeerde kerk, zij trok het juist slecht. Waar de vader in dit boek uitgesproken is, helder, hard en lief, grappig en slim en soms een heel klein beetje irritant, daar blijft het moeilijker om de vinger te leggen op de moeder. Ze glijdt langzaam weg in haar vergeetachtigheid. Ze was eigenlijk altijd al een raadsel voor haar dochter en dat verandert op de valreep van het leven niet.
Het is een prachtig verslag van hoe de lamme eigenlijk de blinde probeert te helpen – hoewel de blinde verbazingwekkend knap de schijn weet op te houden dat hij alles in de hand heeft.
In deze schitterende ode aan haar ouders zet Jannetje het spel al vroeg op de wagen. Beide ouders gaan achteruit en komen vanuit Friesland terug naar het westen zodat ze dichter bij hun kinderen zijn. Tot ieders verbazing blijven ze nog jaren leven. Jannetje Koelewijn beschrijft de laatste jaren van haar ouders met tere pen en de lezer komt uiteindelijk tot een duidelijke conclusie: hoewel gescheiden zijn de ouders van Jannetje Koelewijn nooit los van elkaar gekomen en als je dit boek zo leest, zijn ze eigenlijk gewoon altijd van elkaar blijven houden. Veel ook.
BEKIJK DE TOPDEALS BIJ BOL.COM.