De Mol (John), is bij leven al een legende. De man stampte een multimediabedrijf van on-Hollandse proporties uit de grond. Fascinerende vent, die een aanzienlijk zakelijk talent paart aan nogal wat lef.
Toen zijn meeste leeftijdsgenoten nog achter de meiden aanzaten, stampte hij de ziekenhuissoap Medisch Centrum West uit de grond, verkocht hij Big Brother aan de hele wereld, bedacht hij Koffietijd en The Voice. Menig ander zou het daar wel zo’n beetje bij gelaten hebben. Maar De Mol wil altijd verder. Inmiddels heeft hij radiostations, een persbureau, een magazine, een tv-zender. En het houdt niet op: zijn ambitie is om partij te kunnen bieden aan grote jongens als Google, Amazon en Netflix.
Hij staat niet alleen. Hij geldt als de pater familias van een dynastie: zijn zoon John de Mol junior is een bekende (en begaafde) televisiemaker, over zijn zus Linda, boegbeeld van de gezellige zaterdagavondtelevisie, hoeven we het niet eens te hebben.
Eigenlijk kun je rustig stellen dat de familie De Mol tot op grote hoogte bepaalt wat wij aan entertainment voor onze neus krijgen. Maar dit succes komt niet uit de lucht vallen, onthult Mark Koster in zijn nieuwe boek over John de Mol. Hij kreeg toegang tot het archief van de familie en reconstrueert hoe vier generaties De Mollen al jaren keihard werken om het familiebedrijf in de vaart der volkeren op te stoten. Prettige bijkomstigheid: Koster werkt in het dagelijks leven voor zakenblad Quote. De toegankelijke manier waarop ze in dit blad over de soms ingewikkelde en niet altijd even toegankelijke zakenwereld schrijven, trekt Koster door in dit boek.