Ferdi E hield Nederland maandenlang in zijn greep had door Gerrit Jan Heijn te ontvoeren. Maandenlang tastte de familie in het duister over het lot van echtgenoot, broer en vader. Maandenlang leefde het hele land mee met de familie Heijn.
Wat niemand kon bevroeden, was dat Heijn al op de dag van zijn ontvoering was vermoord. Wat minstens zo schokkend was: niet een bende kille criminelen zat achter de moord van Heijn, maar een werkeloze ingenieur uit Landsmeer.
Ferdi E kreeg een lange gevangenisstraf en gedurende die gevangenisstraf zocht schrijver Tim Krabbé hem geregeld op. Er ontstond een wonderlijke vriendschap die uitmondde in een minstens zo wonderlijk boek: ‘Vrienden‘. Krabbe schrijft er zelf dit over:
Het was toch niet niks, Ferdi en ik. Met geen andere man heb ik zoveel gepraat, we gingen elkaar zien als iets dat in onze levens hoorde. Hij was een rare jongen, een zak en een klootzak en een onuitstaanbare lastpak soms, een beschadigde man, een moordenaar niet te vergeten, maar ook open, argeloos, geestig, een leuke vent. Soms vonden we elkaar vervelend; vaak was het gezellig. En we konden elkaar goed gebruiken: hij mij als brug naar de gewone wereld; ik hem om de zwarte glans die de omgang met die beroemde moordenaar me gaf. En om de droom dat ik ooit dit boek zou kunnen schrijven, over het menselijke van een uniek exces. Dàt is wat ik ga doen in mijn boek: een mens zien in een mens.
De documentaire die maandagavond was te zien over Krabbé en zijn fascinatie voor Ferdi E deed nogal wat stof opwaaien: Krabbe blijkt een kortstondige relatie te hebben gehad met de vrouw van de moordenaar en loopt af en toe nog in de regenjas van de inmiddels overleden Ferdi E rond.