Feitenkennis is het laatste boek van de inmiddels overleden Deense wetenschapper Hans Rosling. Hij beschrijft de toestand in de wereld aan de hand van cijfers. Wat blijkt? Het gaat beter met de wereld dan vrijwel iedereen denkt.
Rosling beschrijft in Feitenkennis een opmerkelijke ontmoeting met Al Gore. De man die wereldwijd het klimaatprobleem op de kaart zette. De twee zaten achter de coulissen, voorafgaand aan een lezing.
‘We moeten angst oproepen!’ Dat zei Al Gore tegen mij aan het begin van ons eerste gesprek over de manier waarop mensen moesten worden voorgelicht over klimaatverandering… Al Gore vroeg me hem te helpen (…) te laten zien wat in het ergste geval het toekomstige effect zou zijn als als de CO20-uitstoot bleef toenemen.
Rosling was toen al een bekend wetenschapper die erom bekendstond de cijfers te laten spreken. Kort voor zijn dood zou hij heel bekend worden door een televisie-interview waarin hij een televisiejournalist de mantel uitveegt over zijn gebrekkige feitenkennis. (Verhaal gaat verder onder de film).
In dit filmpje legt hij in een notendop uit tot welk inzicht zijn studie van de cijfers heeft geleid: op het gebied van bevolkingsgroei, armoede, levensverwachting, onderwijs in Derde Wereld-landen, democratie, babysterfte en tal van andere zaken gaat het veel beter dan vrijwel alle mensen denken.
Rosling kraakt harde noten over hulpverlenende instanties die belang hebben bij een somber wereldbeeld omdat daarop hun verdienmodel is gebaseerd. Ook wijst hij naar de media die er mede voor zorgen dat men over het algemeen veel te zwart kijkt. En dat geldt niet alleen voor mensen die sowieso weinig belangstelling hebben voor de wereld. Ook wetenschappers, (internationale) hulpverleners, onderwijzers stonden in hun hemd als Rosling een vragenlijst over de toestand in de wereld voorlegde. Stelselmatig schatten ze de situatie in de wereld veel te somber in.
Rosling is wel uitgemaakt voor een optimist, maar zelf houdt hij het er in dit boek op dat hij een realist is. En het is moeilijk om dat te ontkennen, als je de cijfers ziet. Het sympathieke aan Rosling is dat hij zichzelf niet spaart. Uitgebreid beschrijft hij een aantal van zijn eigen vooroordelen en denkfouten die ertoe hebben geleid dat hij zelf inschattingsfouten maakte met behoorlijk verstrekkende gevolgen.
In Feitenkennis legt Rosling haarfijn en gelardeerd met kostelijke anekdotes uit waarom we ons laten leiden door denkfouten, verkeerde vooronderstellingen en vooroordelen. Hij identificeert negen instincten die de mensen op een dwaalspoor zetten.
Het kloofinstinct dat ervoor zorgt dat de wereld is verdeeld (arm en rijk, bijvoorbeeld). In werkelijkheid bestaat die kloof niet. Er is een rijke groep mensen op aarde, er is een kleine groep echt onwaarschijnlijk arme mensen. Maar daartussenin blijkt een enorme groep van niet zo rijke maar ook niet zo arme mensen te zitten. Of het negativiteitsinstinct, waar media op inspelen. Goed nieuws is geen nieuws en geleidelijke verbetering is al helemaal geen nieuws. Het angstinstinct. Iedereen is bang voor rampen en aanslagen. Toch is het aantal doden door rampen wereldwijd nog nooit zo laag geweest. In het rijke deel van de wereld is men nog nooit zo bang geweest voor aanslagen. Toch is het aantal doden in dit deel van de wereld de afgelopen tien jaar aanmerkelijk lager dan in de tien jaar daarvoor. Wel is in de rest van de wereld het aantal doden door aanslagen toegenomen.
Zo geeft Rosling een verhelderend kijkje in de massapsychologie. Een van de instincten die hij identificeert is het urgentie-instinct. We moeten nu iets doen, anders is het te laat en gaat het mis. Op dat instinct wilde al Gore natuurlijk inspelen toen hij Rosling vroeg om een doemscenario door te rekenen. Wat Rosling deed? Hij ging er niet in mee. ‘Angst plus urgentie levert domme, drastische beslissingen op met onvoorspelbare neveneffecten. Daarvoor is de klimaatverandering te belangrijk. (…) Overdrijving ondermijnt de geloofwaardigheid van goed onderbouwde data.‘
Feitenkennis is echt een belangrijk boek dat je helpt je hoofd koel te houden in een tijd waarin feitenvrije meningen en meninkjes je om de oren vliegen.